Wanneer FilterKeys is ingeschakeld, negeert het Windows-systeem korte of herhaalde toetsaanslagen. U kunt ook de toetsenbordherhalingsfrequentie wijzigen om onbedoelde toetsaanslagen te voorkomen en uw eigen toetsaanslagsnelheid in te stellen.

Zodra FilterKeys is ingeschakeld, kunnen alleen functietoetsen (zoals F1) en het aanraakblok goed werken.

Ga als volgt te werk om FilterKeys in te schakelen:

1. Houd Shift aan de rechterkant langer dan 8 seconden ingedrukt.
2. Klik op Ja.

Ga als volgt te werk om FilterKeys uit te schakelen:

1. Voer Bedieningspaneel (Control Panel) in het zoekvak in en open het.

2. Klik op Toegankelijkheid (Ease of Access).

3. Klik op Wijzigen hoe uw toetsenbord werkt (Change how your keyboard works).

4. Vink het selectievakje Filtersleutels inschakelen (Turn on Filter Keys) uit en klik op Ja.