1. Spraakherkenning inschakelen

1. Typ "Bedieningspaneel" (Control Panel) in het zoekvak op de taakbalk en open het.

2. Ga naar Toegankelijkheid (Ease of Access) > Spraakherkenning (Speech Recognition) > Spraakherkenning starten (Start speech recognition). Nadat het welkomstscherm wordt weergegeven, klikt u op Volgende.
   

   Als u Spraakherkenning (Speech Recognition) niet kunt vinden, stelt u Bekijken op: (View by:) in op Categorie (Category).

3. Selecteer het gewenste microfoontype en klik op Volgende.

4. Lees hoe u de microfoon plaatst en klik op Volgende.

5. Volg de instructies op het beeldscherm om de weergegeven zinnen te lezen en klik op Volgende. Mandarijn spreken zal helpen het herkenningspercentage te verbeteren.

6. Zodra een bericht met de tekst "Uw microfoon is nu ingesteld" wordt weergegeven, klikt u op Volgende.

7. Spraakherkenning heeft toegang tot uw documenten en e-mails om de nauwkeurigheid ervan te verbeteren op basis van de woorden die u gebruikt. Selecteer Documentbeoordeling inschakelen (Enable document review) of selecteer Documentbeoordeling uitschakelen (Disable document review) als u liever hebt dat Spraakherkenning toegang krijgt tot uw documenten en e-mails. Klik vervolgens op Volgende.

8. Selecteer een activeringsmodus. In de volgende afbeelding wordt De handmatige activeringsmodus gebruiken (Use manual activation mode) als voorbeeld gebruikt.

9. Als u niet bekend bent met de opdrachten, klikt u op Referentieblad bekijken (View Reference Sheet) en dan opent Microsoft Edge de webpagina met enkele weergegeven opdrachten. Klik vervolgens op Volgende.

10. Selecteer of u wilt dat deze functie automatisch wordt gestart bij het opstarten. Klik op Volgende.

11. Klik op Tutorial starten (Start tutorial) om toegang te krijgen tot de Microsoft-videotutorial over deze functie. Zodra u deze stappen hebt voltooid, kunt u de functie met spraakopdrachten gaan gebruiken.

2. Spraakherkenning instellen

Open het Bedieningspaneel en ga naar Toegankelijkheid (Ease of Access) > Spraakherkenning (Speech Recognition). U kunt nu uw microfoon instellen of de spraaktutorial volgen.

3. Spraakherkenning gebruiken

Zodra Spraakherkenning is ingesteld, hebt u er toegang toe wanneer u maar wilt. Gebruik spraakopdrachten om uw computer te bedienen of tekst in te voeren.

Open het Bedieningspaneel, ga naar Toegankelijkheid (Ease of Access) > Spraakherkenning (Speech Recognition) > Spraakherkenning starten (Start speech recognition) en er wordt dan een spraakherkenningspaneel weergegeven. Klik op het microfoonpictogram aan de linkerkant om te beginnen met spreken en klik vervolgens op x om het paneel te sluiten.