De systeemnavigatiemodus wijzigen

Navigeren met gebaren

Ga naar Instellingen > Systeem & updates > Systeemnavigatie en schakel Gebaren in of uit.

U kunt vervolgens:

• Terugkeren naar het vorige scherm: veeg vanaf de linker- of rechterrand naar het midden.

• Terugkeren naar het startscherm: veeg vanaf de onderkant van het scherm omhoog.

• Het scherm Recente taken openen: veeg vanaf de onderkant van het scherm omhoog en houd vast.

• Een app sluiten: op het scherm Recente taken veegt u over een app-voorbeeld omhoog. Veeg over een app-voorbeeld omlaag om een app te vergrendelen. Een vergrendelde app wordt niet gewist wanneer u via het scherm Recente taken op tikt.

• Apps verwisselen: veeg over de onderkant van het scherm in een boog. Of, wanneer Langs de onderkant vegen om van app te wisselen is ingeschakeld, veegt u over de onderrand van het scherm.

U kunt Navigatiebalk tonen inschakelen om de navigatiebalk weer te geven, die u met gebarenbewerkingen kan helpen.

Navigatie met drie toetsen gebruiken

Ga naar Instellingen > Systeem & updates > Systeemnavigatie en selecteer Navigatie met drie toetsen.

U kunt vervolgens:

• Op tikken om naar het vorige menu terug te keren of de huidige app af te sluiten. U kunt deze toets ook gebruiken om het toetsenbord op het scherm te sluiten.

• Op tikken om naar het startscherm terug te keren.

• Op tikken voor toegang tot het scherm met recente taken.

U kunt op Instellingen tikken om meer instellingen te configureren.

• Selecteer een navigatietoetsencombinatie.

• Schakel Navigatietoetsen verbergen in als u de navigatiebalk wilt verbergen wanneer deze niet wordt gebruikt.

• Tik op (indien beschikbaar in de geselecteerde navigatietoetsencombinatie) om het meldingenpaneel te openen.